27 november 2010

KOMBOLOI, een wit en onbeschreven blad.

De geschiedenis, ooit is ze begonnen met een wit en onbeschreven blad. Reeds drie jaar nu is het dat ik de boeiende bezigheden volg van de Aalsterse archeologen, die op de zolder van de ruimte die daar als stadsmuseum dient, onderzoek plegen naar de vondsten die de prille oorsprong van de menselijke beschaving aan de Aalsterse Dender moeten blootleggen en wetenschappelijk kaderen. Hun fenomenale arbeid verdient een bloemetje, maar ik vermoed dat ze een vaasje verkiezen.

Hun aanwezigheid maakt het gebouw dat als stadsmuseum dient tot een educatief pretpark dat een bezoekje meer dan waard is. Want wat weten we eigenlijk van het verleden naast de dingen die we in geschreven teksten te lezen krijgen? Dat is de geschiedenis die we leren, maar de dingen die mensen neerpennen zijn altijd gedragen door een mening en een reden om de tekst te schrijven. Is het niet denkbaar dat deze archeologen, die de bodem doorploeteren en het concrete verleden trachten te reconstrueren eigenlijk een geloofwaardiger beeld schetsen van het verleden. Misschien hebben we een veel realistischer beeld van de prehistorie dan van de geschreven bronnen die het verhaal van onze geschiedenis vertellen. Wat die geschiedenis is slechts ontstaan uit de menselijke manipulatie van een wit en onbeschreven blad.

En meestal verzin ik de vertelsels op mijn blog lekker zelf maar deze keer zal ik eens een echt gebeurd verhaal vertellen. Laatst zat ik op de trein te mijmeren over wat ik eigenlijk allemaal had verwacht van het leven en welke stappen ik nog zou moeten zetten om dat ook waarlijk te realiseren. Wegdromend richtte mijn aandacht zich op het gesprek van twee converserende medereizigers, twee ingenieursstudenten. Ze vertelden hoe ze die middag in hun leslokaal op de derde verdieping allerhande papieren vliegertjes vouwden en uit het raam wierpen om al proberend te ontdekken welk vernuftig ontwerp het verst zou vliegen. Het ene vloog al wat verder, dan het andere. En toen ze merkten dat het grasplein aardig vol lag met papieren vliegertjes nam één van hen moedeloos een ongevouwen blank blad en wierp het achteloos uit het raam, waarop het door de wind werd gegrepen en hoog de lucht in dwarrelde en draaide, verder en verder en verder, tot het enkel nog een klein stipje aan de einder leek, maar nog steeds verder vliegend. … Mooi, hé?

Dat is de filosofie van de komboloi verteld aan de hand van een blank, ongevouwen en onbeschreven blad.
AMOR POTESTAS EST SPARGE AMOREM AMA KOMBOLOI!

16 november 2010

Aalst Carnaval erkend als immaterieel erfgoed van de mensheid door Unesco.

Liefde is een steekspel van pokers en kokers en dat mag je wel letterlijk nemen dit jaar in Aalst. Het is een uitgekookt toonbeeld van ironie dat midden in de Week van de smaak het Carnaval Aalst als immaterieel erfgoed van de mensheid wordt erkend door de UNESCO.

Iedereen weet dat de aanvraag vorig jaar reeds de kers op de taart moest zijn van het vernieuwde zelfbewustzijn van de ajuinen. Maar de aanvraag draaide in de soep en daar waren vele Aalstenaars kwaad om. Deze keer is het gelukt en het gejuich is nog niet geschreeuwd of er steken onder de Aalstenaars zelf opnieuw cynische geluiden de kop op over wat het feest van de wansmaak wordt genoemd.

De schande van de trots, een typisch Aalsterse paradox. Om het aan buitenvolk uit te leggen vertel ik altijd het verhaal van de twee vrienden die samen op restaurant zitten. Twee Antwerpenaars of Gentenaars samen op restaurant zullen zelfs een wildvreemde hun beste vriend noemen als ze daarmee belangrijker lijken dan hun tafelgenoot.
Terwijl twee Aalstenaars samen op restaurant in de belangstelling zullen komen te staan door iedereen fantastisch te vinden, behalve henzelf en hun beste vrienden.

Als twee vrienden uit Gent of Antwerpen samen op restaurant gaan zullen ze tegen elkaar op belangrijke kennissen en vrienden menen te herkennen bij de andere restaurantbezoekers, en om het hardst beweren de beste vriend te zijn van wie dan ook. Desnoods beweren dat ze vaste klant zijn en de waard persoonlijk kennen om toch maar interessant te worden bevonden.

Als twee Aalstenaars samen op restaurant zitten zullen ze zich tegen elkaar zitten excuseren over de erbarmelijke kwaliteit van de service van dit restaurant waar ze alleen tegen hun zin komen omdat ze per ongeluk de waard persoonlijk kennen die ze evenwel niet al te sympathiek vinden. En als hun beste vriend even naar toilet is zullen ze zich tegen de wildvreemde omstanders omstandig verduidelijken dat deze tafelgenoot waarschijnlijk denkt dat hij een beste vriend is, maar dat het slechts schijn is. Niets meer dan het feit dat ze elkaar al jaren kennen zonder elkaar ooit sympathiek te hebben bevonden.

Bijtende spot en de ironie maken deel uit van het Carnavalsfeest waar alle sociale maskers voor drie dagen afgezet worden en een masker naar keuze wordt opgezet om stevig te drinken en te eten. Reeds Brueghel, getrouwd met de dochter van zijn
Aalsterse leraar, de befaamde renaissance-boekillustrator Pieter Coucke, was reeds gefascineerd door Aalst Carnaval. En ook Komboloi ontbreekt nooit op het feest. Hier een smaakvolle Carnvalillustratie die reeds verscheen in het eerste Aalsters kleurboek.

11 november 2010

KOMBOLOI PRUTTELT VURIG VOOR DE WEEK VAN DE SMAAK.
Net als steeds maakte komboloi een vrolijk filmpje. Bekijk het hier!

Of download de leuke kleurprent: HIER!

07 november 2010

Strip over de Geschiedenis van de stad Aalst, een schets.

Reeds in 2006 klopte ik aan bij de stad Aalst met het idee van een stadsstrip met een hele reeks proefpagina's onder de arm om hen, spijtig genoeg tevergeefs, van de waarde van het idee te overtuigen. Sinds ik in 2007 bij de stad in dienst kwam kon ik door de verschillende opdrachten aandacht krijgen voor mijn concept en de wijze waarop ik het wou uitwerken. Als werknemer maakte ik bijvoorbeeld een Priester Daens stripmuur voor het stedelijk museum die sterk gesmaakt werd door de jongere bezoekers.

Aalst en geschiedenis zijn altijd al mijn grote passies geweest. En wat scenario's schrijven betreft, was ik niet aan mijn proefstuk toe want ik volgde een opleiding scenarioschrijven en schreef reeds enkele eigen scenario's voor strips. Het concept, de plot voor het verhaal was eigenlijk zeer snel klaar. Ik volg de geschiedenis van een echt bestaand vaasje doorheen de geschiedenis van de stad en geef het een rol in de levens van middeleeuwse ridder Iwein Van Aelst, humanistisch boekdrukker Dirk Martens, renaissancekunstenaar en leraar van Brueghel Pieter Coecke, roversbendeleider Jan De Lichte, Priester Daens, kunstschilder Valerius De Saedeleer, schrijver Louis Paul Boon en Carnavalkeizer Kamiel Sergant.

Het historisch veldwerk, dit was toch andere koek. Ik spendeerde uren, dagen en nachten; door het lezen van meer dan 12 000 pagina's naslagwerk en het contacteren van historici en van mensen uit de erfgoedsector. Op dat vlak heb ik al heel wat ervaring kunnen opdoen. Over heel wat historische feiten is immers nog zeer weinig historisch onderzoek gepleegd. En in tegenstelling tot een historisch werk kan je niet zeggen: " ... na eventueel geraakt te zijn door een pijl of geveld door een zwaard stierf huppeldepup, door sommigen puppeldehup genoemd, ergens tussen 1020 en 1100... . " In een strip is het of de pijl, of het zwaard. Of in 1020, of in 1100. Of hij heette puppeldehup, of hij heette huppeldepup. En dat alles vraagt dus zéér, zéér veel naslagwerk waar ik mateloos veel energie in stak, zodat een historisch geloofwaardig geheel ontstond.
Even wat cijfers: mijn scenario deelde de geschiedenis van ongeveer 2000 jaar op in 48 pagina's: gemiddeld 42 jaar per pagina. Elke pagina bevat gemiddeld 9 prentjes: elk prentje heeft een gemiddelde van 9 onderzoeksdaden ( zoeken van historische feiten en afbeeldingen) wat een gemiddeld totaal van 3888 historische opzoekingen oplevert. Via mijn functie bij de stad had ik het voorrecht om de mensen van Museum en Archief ook persoonlijk te leren kennen wat de contacten natuurlijk een beetje vergemakkelijkte om bijkomend advies te bekomen.

De vroegere Schepen van Cultuur werd een trekker van het project toen ze de resultaten zag van het grote gedeelte van de strip dat reeds klaar was. Ze bleek daarmee volledig overtuigd van het idee dat de stad Aalst mijn strip zou moeten uitgeven. De stad kon daarvoor proberen subsidie aanvragen, maar dat zou een hele tijd kunnen duren.

Omdat daar tijd zou overgaan werd er ondertussen niet stil gestaan. Aan scenarist Ivan Claeys werd gevraagd om op basis van mijn scenario een adaptatie te maken die vooral de allerjongste kinderen zou aanspreken. Ik was eerst een beetje ongerust, maar uiteindelijk wel blij dat de nieuwe schepen van Cultuur, wiens broer een gekend cartoonist is, mij de bijkomende kans bood om ook de andere versie van het stripverhaal te laten tekenen. Op die manier blijven de verhalen één visueel geheel en kan een ideale mix ontstaan om een zeer breed project te verkrijgen die de Aalsterse geschiedenis eindelijk de ruchtbaarheid zal geven die ze verdient. Met een geheel eigen album mijn geliefde stad mogen promoten én daarnaast nog eens samen met Ivan Claeys als co-auteur op de cover van een album kunnen staan zal voldoening geven voor de zéér harde strijd die ik moest leveren voor dit project. En het voordeel is dat ik met de expertise die ik opdeed een heleboel fijne collega's bij de stad Aalst en in de groeiende erfgoedsector leerde kennen, die mijn expertise en pionierswerk naar waarde hebben leren schatten en me als één van hen beschouwen. Op deze manier ligt hopelijk de weg open om dit alles als een leerrijke start te zien voor projecten bij de stad Aalst.

05 november 2010


Over de staatshervorming en de vraag naar autonomie wordt al een hele tijd gepalaverd. Maar over de moeilijke verhouding tussen de eis tot autonomie en het vormen van staten is de Aalsterse politicus, Iwein Van Aelst van ongewoon groot belang.

Hij krijgt reeds de gepaste erkenning in het nieuwe Gentse museum STAM. En met uitzondering van de intellectuele elite die gekant is tegen de laagdrempelige praatprogramma's op de radio kan ook iedereen van Jean-Pierre Rondas leren hoe belangrijk deze vandaag 'vergeten groente' van een historische figuur Iwein Van Aelst is geweest voor de Europese politiek. Hier.

Komboloi vergeet hem niet en brengt ode via een sferige schets.