28 mei 2010


KOMBOLOI KIJKT NAAR HET ROS!

15 mei 2010

VOOR ELKE SPANJAARD ZIT HET SNOR bij komboloi. Dos cervezas por favor, dat zingt ook die andere Tom Testeron en daarmee gaat hij op een fantastische manier een unieke uitdaging aan.
Dat vindt jullie hoogsteigen Tom Testosteron natuurlijk leuk genoeg om ten volle te steunen!!!

09 mei 2010


KOMBOLOI WENST ALLE MOEDERS EEN VROLIJKE MOEDERDAG.

Ben jij moederdag uit het oog verloren en moet je vandaag nog snel op zoek naar een leuk en origineel cadeau? Dan stuur je maar beter geen onpersoonlijke e-card. Snel even de komboloikleurprent downloaden en je hebt in geen tijd een leuk moederdaggeschenk!
Komboloi wenst bij deze ook zijn eigen moeder een fantastische moederdag!
Kleurprent: Hier.

04 mei 2010

ONTWERP STRIPPERSONAGE JAN DE LICHTE

Hier een ontwerpschets voor het strippersonage Jan De Lichte. Jan De Lichte is natuurlijk bekend als de held uit de avonturenroman van schrijver Louis Paul Boon maar het is ook een historische figuur. Hij is geboren in 1723 als zoon van Joseph De Lichte en Liesbet De Schepper te Velzeke.

Het is een uiterst tragische periode in de geschiedenis waarbij de bevolking van onze streken van een uitermate welvarend volk naar een verpauperde plattelandsbevolking wordt gedegradeerd door opeenvolgende oorlogen van verschillende mogendheden die achtereenvolgend onze gebieden overheersen en leegplunderen.
Het verhaal van Jan De Lichte is een tragisch, maar fascinerend verhaal over autoriteit, gerechtigheid en veiligheid. Na de godsdienstperikelen uit de zestiende eeuw had Vlaanderen veel van zijn verloren glorie terug gewonnen door onder andere de hopteelt en het brouwen van bier. Er was immers geen politie of permanente bescherming door de overheid die misdadigers in gevangenissen in bewaring hield en dus was het veiliger om te werken en te leven binnen de muren van een versterkte stad zoals het Middeleeuwse Aalst.
In de periode van Jan De Lichte werd dit soort beveiliging georganiseerd door de huursoldaten van de op dat ogenblik heersende macht. Diezelfde overheersers vroegen steeds hogere taksen aan de inwonenden waardoor bijvoorbeeld steeds meer drankgelegenheden 'illegaal' werden opgezet buiten de stadsmuren. De opeenvolgende overheersers rekruteerden heel wat soldatenvolk uit de lokale bevolking. Die werden uitbetaald zolang de oorlog duurde. Eens een gebied dan 'veranderde' van veroveraar vielen al die huursoldaten zonder inkomen, tenzij ze aan de slag konden bij de nieuwe machthebbers. Dat laatste moet bij de jonge Jan De Lichte meermaals gebeurd zijn. Die broeierige mix van tot de bedelstaf gedegradeerde, militair getrainde vechtersbazen die werden opgejaagd door een overheid die ze voorheen op het slagveld bekampten geven het verhaal iets gruwelijk tragisch, maar ook rebels en bewonderenswaardig.
Als Jan De Lichte in 1748 wordt opgepakt en op de Grote Markt te Aalst en samen met enkele van zijn kornuiten werd geradbraakt aan het gerechtsgebouw dat zich daar toen nog bevond, was hij pas 25 jaar. Op die leeftijd had hij al een indrukwekkende, gestructureerde en gedisciplineerde boevenbende onder zijn leiding met zelfs een eigen geheimtaal en code. De neiging bestaat vandaag makkelijk om Jan De Lichte vandaag af te schilderen als een marginaal die zich ontpopt tot gangster, maar binnen zijn leefwereld zou je toch gerust mogen zeggen dat hij alle kansen die hij kreeg ten volle heeft uitgebuit en zich niet slechter heeft gedragen dan de autoriteiten die niet alleen hem publiekelijk hebben geradbraakt, maar ook een reeks van zijn kompanen; waaronder meisjes van minder dan twintig jaar oud. Geschiedenis. Gelukkig zou komboloi nooit iemand radbraken. Nee, ook niet als ze het hem lief vragen.

01 mei 2010


REDt KOMBOLOI!

Debout les damnés de la terre
Debout les forçats de la faim
La raison tonne en son cratère
C'est l'éruption de la fin
Du passé faisons table rase
Foules, esclaves, debout, debout
Le monde va changer de base
Nous ne sommes rien, soyons tout

C'est la lutte finale
Groupons-nous, et demain
L'Internationale
Sera le genre humain (bis)

Il n'est pas de sauveurs suprêmes
Ni Dieu, ni César, ni tribun
Producteurs, sauvons-nous nous-mêmes
Décrétons le salut commun
Pour que le voleur rende gorge
Pour tirer l'esprit du cachot
Soufflons nous-mêmes notre forge
Battons le fer quand il est chaud.

L'état comprime et la loi triche
L'impôt saigne le malheureux
Nul devoir ne s'impose au riche
Le droit du pauvre est un mot creux
C'est assez, languir en tutelle
L'égalité veut d'autres lois
Pas de droits sans devoirs dit-elle
Egaux, pas de devoirs sans droits.

Hideux dans leur apothéose
Les rois de la mine et du rail
Ont-ils jamais fait autre chose
Que dévaliser le travail
Dans les coffres-forts de la bande
Ce qu'il a crée s'est fondu
En décrétant qu'on le lui rende
Le peuple ne veut que son dû.

Les rois nous saoulaient de fumées
Paix entre nous, guerre aux tyrans
Appliquons la grève aux armées
Crosse en l'air, et rompons les rangs
S'ils s'obstinent, ces cannibales
A faire de nous des héros
Ils sauront bientôt que nos balles
Sont pour nos propres généraux.

Ouvriers, paysans, nous sommes
Le grand parti des travailleurs
La terre n'appartient qu'aux hommes
L'oisif ira loger ailleurs
Combien, de nos chairs se repaissent
Mais si les corbeaux, les vautours
Un de ces matins disparaissent
Le soleil brillera toujours.