We kennen allemaal de schilder Edgar Degas, die bekend is om zijn impressionistische schilderijen van dames, van frivool wit-roze, engelachtige balletdanseresjes, over eerder parmantige, vadsige sloeries tot uiteindelijk mistroostige, ijlogende sloren in lompen.
Degas vond die dames alle in de opera van Parijs en schetst daarmee een metaforisch beeld van een belangrijk probleem van onze hedendaagse arbeidsmarkt.
Dat zat namelijk zo: Achter het voor het publiek zichtbare podium bevond zich een tweede aan het zicht onttrokken podium, bedoeld voor danseresjes om te oefenen of op te warmen. Omdat de plaatsjes in de schijnwerpers begeerd werden, waren de balletdanseresjes goedkoop en steeds in overvloed.
Kortom, de meest getalenteerde, vlijtige, bekwame en charmante danseresjes dansten voor een habbekrats hun gestel en hun jeugd naar de vaantjes onder applaus van ondankbaar gepeupel. De meer gemakzuchtigen, de eerder ongetalenteerden verveelden zich wachtend in de coulissen en dartelden rond de dandy's en jonkheren die daar kwamen jagen op welwillend wild. Carrièreplannen van concubine, maîtresse of zelfs echtgenote lagen er voor het grijpen.
Echter, als de getalenteerde danseresjes zich fysiek (of mentaal) kapot gedanst hadden, was hun jeugd eraan en restte hun niets dan een armoedig bestaan, op de straat in de marginaliteit of eigenlijk nog erger: als onderbetaalde dienstmeid voor de concubines, de maîtresses of zelfs de echtgenotes van die dames die nooit het talent of de inzet hadden getoond om een fundamentele bijdrage te leveren aan mensheid of maatschappij en juist dààrom beloond werden door het leven. Het is dié maatschappij, die dacht daar ongestraft mee te kunnen wegkomen die de oorzaak vormde voor de Groote Oorlog waarvan we vandaag de 'absurde' oorzaken herdenken. Het is die wereld die Degas in beeld bracht, het is de wereld van de arbeidsmarkt van vandaag, waar menselijk kapitaal structureel wordt onderbetaald of gemarginaliseerd.Dat is de reden waarom steeds meer mensen strijden voor de enige remedie tegen deze maatschappelijke kwaal: het onvervreemdbaar basisinkomen.